Boek van de week: De Jongens van Nickel
Het is Colson Whitehead gelukt om het fantastisch aangrijpende ‘De Ondergrondse Spoorweg' uit 2016 te evenaren en misschien wel te overtreffen.
In zijn nieuwe roman 'De jongens van Nickel' (het Amerikaanse origineel 'The Nickel boys' verschijnt pas half juli!) beschrijft Pulitzer Prize winnaar Colson Whitehead wederom een duistere kant van de Amerikaanse geschiedenis, het tijdperk van de Jim Crow-rassenwetten in het Zuiden van De Verenigde Staten, aan de hand van twee tieners, Elwood en Turner, die een straf uitzitten op een helse tuchtschool, Nickel in Florida.
Wanneer je 'De Jongens van Nickel' uit hebt moet je je gebroken hart weer aan mekaar plakken. Wat een einde!
Tekst van de uitgever:
Het zijn de beginjaren van de burgerrechtenbeweging, en de zestienjarige Elwood Curtis gaat zijn toekomst vol vertrouwen tegemoet. Totdat hij vanwege een vergissing op de Nickel Academy belandt. Met name de zwarte jongens worden aan het sadisme van hun witte bewakers uitgeleverd. Misbruik, marteling en corruptie zijn aan de orde van de dag; voor het minste vergrijp worden de jongens ‘naar achter’ gebracht – vanwaar ze nooit meer terugkomen. In deze gruwelkamer is er voor Elwood één houvast: zijn vriend Turner, die geen enkele ambitie koestert, behalve ontsnappen uit Nickel.